Voorbereiding
Lees over de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens en kinderrechten.
Neem een (was)lijn of een touw mee en twee witte vellen voor de tekst Eens en Oneens.
In de les
Opdracht
- Bedenk met drie andere studenten een stelling rondom mensenrechten. Gebruik hierbij de Verkorte versie Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en de Verkorte versie VN-Kinderrechtenverdrag. Weet je niets te bedenken, kijk dan onderaan deze opdracht naar tips om het over te hebben. Of kijk op de site: Debatstelling
- Span met elkaar de waslijn door het midden van de ruimte. Maak twee bordjes. Een met EENS, een met ONEENS. Leg het bordje ‘EENS’ aan de ene kant van de lijn. Leg het bordje ‘ONEENS’ aan de andere kant van de lijn.
- De docent roept nu een groepje naar voren. Hij/zij nodigt nog een groepje uit om erbij te gaan staan. Iemand uit het groepje leest de stelling voor. Nu mag iedereen die staat bepalen of ze het eens of oneens zijn met de stelling. Iedereen gaat daarbij aan de kant van de lijn staan die bij die mening past.
- Het groepje gaat met elkaar in gesprek over de meningen. De docent zal aan iemand die toeluistert vragen een samenvatting te geven van de meningen.
- Hierna nodigt de docent twee nieuwe groepjes uit voor een nieuwe stelling.
Tips voor een stelling
- Vrijheid van meningsuiting betekent dat je alles mag zeggen wat je wilt.
- Fascistische partijen moeten verboden worden.
- Als je 18 jaar of ouder bent en niet gaat stemmen, verspeel je het recht om te klagen over wat er in Nederland mis is.
- België heeft een opkomstplicht voor mensen die mogen stemmen; in Nederland is de opkomstplicht in 1970 afgeschaft. Omdat de opkomst sindsdien flink is gedaald kunnen we de opkomstplicht beter weer herinvoeren.
- Nederland moet een bindend referendum invoeren over elk mogelijk thema, ook over zaken als de herinvoering van de doodstraf en de afschaffing van de monarchie.